Update 13 juni 2016: Participatie is de sensor tegen overlast
Gemeente Nijmegen laat burgers met relatief eenvoudige sensoren de luchtkwaliteit en geluidsoverlast rond hun huis meten. Wat levert de combinatie van betrokken burgers en innovatieve sensortechnologie voor de overheid op? Paul Geurts, initiator en co-projectleider van het Smart Emission-project, vertelt over de eerste bevindingen van de pilot.
Wat is de drijfveer van de gemeente Nijmegen om met sensordata te werken?
'Allereerst willen we weten hoe de kwaliteit van de leefomgeving in onze stad is. Dat meten we al met grote meetkasten van het RIVM, maar kun je met een fijnmazig netwerk van eenvoudige sensoren hetzelfde bereiken? Daarnaast onderzoeken we of het effect van milieumaatregelen meteen te meten is. Bovendien is het interessant om te zien of je burgers op deze manier kunt betrekken bij gemeentelijk bestuur en beleid. We experimenteren dus ook met onze eigen rol als overheid.'
Hoe is jullie pilot tot stand gekomen?
'Samen met een collega had ik twee jaar geleden het idee om iets met sensordata te doen. Toen ons plan subsidie kreeg van Stichting Techniek en Wetenschap, hebben we een advertentie in de lokale krant gezet: wie wil er een sensor aan zijn huis hangen? Uiteindelijk zijn er 35 sensoren over heel Nijmegen geplaatst. Daarmee konden we niet het fijnmazige netwerk creëren dat we graag wilden, maar wel de sensoren testen en onderzoeken hoe het vergaren van die data in zijn werk gaat.'
Wat is de aantrekkingskracht van deze pilot voor de deelnemende partijen?
'Het is een echt Smart Cities-project: de middelen zijn schaars, maar de kracht van de mensen die erin participeren is groot. Iedereen zit er met zijn eigen motivatie in: bedrijven willen hun sensoren verkopen, Geonovum wil de standaarden ontwikkelen, als gemeente willen we weten hoe je luchtkwaliteit samen met burgers meet, en burgers willen weten wat er in hun omgeving speelt. Zo heeft ieder zijn eigen belang dat hij inzet voor het grotere belang. Ik vind dat heel mooi.'
Gemeente Nijmegen werkt binnen het Smart Emission-project samen met de Radboud Universiteit, RIVM, Geonovum, Intemo en CityGIS. De pilot is onderdeel van het onderzoeksprogramma Making Sense for Society en van het Living Lab for the Internet of Everything van Geonovum.
Wat gebeurt er met de data die al die sensoren verzamelen?
'Eén sensor verzamelt 60 waarden per meting, en dat doet hij 4 keer per minuut. Met 35 sensoren in totaal levert dat een enorme berg data op. Die ruwe data comprimeren we en werken we om naar betekenisvolle gegevens, die vervolgens beschikbaar zijn als open data. Als burger kun je met een webapp precies zien wat de sensoren in jouw buurt hebben gemeten. Zo krijgt geluidsoverlast een cijfer van 1 tot 5, en luchtkwaliteit straks ook. Dat omwerken is een gigantische klus, wat meer tijd kost dan we dachten. Maar daar is het ook een pilot voor.'
Hebben jullie ook andere struikelblokken ontdekt?
'Ja, we hebben gemerkt dat wifi niet erg betrouwbaar is voor het verzenden van veel data. Je merkt pas hoe instabiel en storingsgevoelig wifinetwerken zijn als je elke 15 seconden een hoop gegevens wilt doorsturen. Ligt het systeem er een kwartiertje uit, dan mis je nogal wat informatie. We gaan dus op zoek naar een ander soort netwerk voor de toekomst.'
Hangt straks heel Nijmegen vol met sensoren?
'Nee, dat lijkt me niet. We willen dit soort mobiele testzones gebruiken om probleemgebieden een tijdje te monitoren. Zijn er ergens veel klachten op het gebied van geluid, stank, trillingen of hitte? Dan zetten we daar tijdelijk een zwerm sensoren neer, analyseren de gegevens en ontwikkelen maatregelen die daar iets aan doen. Blijkt dat de maatregelen werken, dan pakken we de boel weer in en zetten we ze op de volgende plek neer waar iets aan de hand is. Zo gebruik je sensoren heel effectief.'
Wat heeft deze pilot jullie geleerd over burgerparticipatie?
'De overheid kan niet langer vanuit haar ivoren toren beleid bepalen. Als overheid moet je midden in de maatschappij staan en samenwerken met burgers. Maar we bereiken met deze pilot geen representatieve doorsnede van onze stadsbewoners. De mensen die hier enthousiast over zijn, zijn meestal hoog opgeleid. Het is goed om je dat als gemeente te realiseren. Maar toch: er zijn altijd mensen die dit interessant vinden en graag op deze manier betrokken zijn bij het maken van gemeentelijk beleid.'
Kun je iets zeggen over de waarde van deze pilot?
'We hebben ongeveer een ton externe financiering bij elkaar gekregen, maar de totale waarde van het project is wel 5 of 6 keer zo groot. We hebben heel wat in gang gezet: de sensoren zijn ontworpen, de data-infrastructuur is ontworpen, de standaarden zijn ontwikkeld, de burgers zijn erbij gevonden, het bedrijfsleven doet mee, de universiteit onderzoekt het hele proces. Iedereen investeert er behoorlijk in, maar leert er tegelijkertijd ook enorm veel van.'
Hoe gaat het nu verder met jullie project?
'Ons project loopt dit jaar af, althans de subsidie. We hebben dus nog tot het eind van het jaar om na de denken over het vervolg. Ik zou heel graag op een specifieke plek meerdere sensoren op een bepaalde afstand van elkaar plaatsen, zodat je echt kunt kijken of die samen een fijnmazig netwerk kunnen vormen dat grote meetinstallaties kan vervangen. Dat is wat mij betreft de volgende stap.'
Geonovum helpt Gemeente Nijmegen om de SOS-standaard, waarmee de de sensordata openbaar gemaakt wordt, goed te gebruiken. Samen wordt bekeken of er ook een bredere internetstandaard als SensorThingsAPI wordt geïmplementeerd. De pilot geeft een groter kader in het Living Lab bijvoorbeeld door partijen als TNO.
Ook Nijmegen op weg naar een Slimme en Gezonde Stad
Een stralende zon versterkte het prachtige uitzicht nog eens extra: Nijmegen en Lent hebben een nieuwe kade, een rivierarm met een eiland en twee bruggen erbij gekregen. De Nijmeegse wethouder Harriët Tiemens, zichtbaar trots op het project en op haar stad, ondertekende op 13 mei de samenwerkingsovereenkomst Slimme en Gezonde Stad, waarin Nijmegen en IenM afspreken de luchtkwaliteit van Nijmegen te verbeteren en de geluidshinder te verminderen.
.jpg)
De Nijmeegse wethouder Harriët Tiemens (links) en Petrouschka Werther (plv. directeur KLG) ondertekenen de samenwerkingsbijeenkomst
Petrouschka Werther, plaatsvervangend directeur Klimaat, Lucht en Geluid bij IenM, tekende de overeenkomst namens IenM. Aanvullend aan de ondertekening vond een excursie voor verschillende buitenlandse delegaties van de World Future Adaptatie Congres plaats. Zij bezochten de Waalsprong, één van de belangrijkste waterprojecten ‘Ruimte voor de rivier’. Evelyn Hijink (DGMI, programma ‘Slimme en Gezonde Stad’) was mee de Waal op en maakte het verslag.
.jpg)
Wandelend langs de Waal
Slimme en Gezonde Stad
De samenwerking maakt onderdeel uit van het programma Slimme en Gezonde Stad (SGS) waarin de Rijksoverheid samenwerkt met steden en andere partners als kennisinstellingen en bedrijven. IenM zet met SGS in op een betere luchtkwaliteit, minder verkeerslawaai en een slimme en gezonde inrichting van steden. Nijmegen is één van de zes pilotsteden waar verschillende pilots en projecten de komende jaren plaats vinden. Het succes van het programma is in hoge mate afhankelijk van de energie die bij de pilotsteden aanwezig is. Gezamenlijk worden de overeenkomsten opgesteld met afspraken op maat per stad.
.jpg)
Nijmegen doet het landelijk gezien al goed op het vlak van het verbeteren van de luchtkwaliteit en het verminderen van geluidshinder, en kan die kennis en ervaring delen met andere steden in Nederland en Europa. Verder gaan het ministerie en Nijmegen nieuwe, interessante initiatieven uitwerken zoals het instellen van een roetnorm, het bewust maken van inwoners als het gaat om houtstook en gezond fietsen. Ook is er veel aandacht voor burgerparticipatie. Een voorbeeld hiervan is het meten van de luchtkwaliteit door bewoners met sensoren. Deze meetresultaten komen beschikbaar als open data. In de komende jaren wordt actief gezocht naar samenwerking en kennisdeling in Europa, bijvoorbeeld als het gaat om de bijdrage van de binnenvaart aan de luchtkwaliteit en de leefomgevingskwaliteit in steden.
Waarom Nijmegen?
Nijmegen heeft de laatste jaren veel duurzame meters gemaakt. Niet alleen de gemeente, maar zeker ook bedrijven, woningcorporaties, onderwijs-instellingen en inwoners van de stad.
De Waalsprong
Er zijn vele duizenden woningen geïsoleerd en er liggen al meer dan 15.000 zonnepanelen op de daken. De stad verbruikt vijftien procent minder gas en elektra ten opzichte van 2008. Met het nieuwe warmtenet worden duizenden woningen verwarmd met restwarmte van de afvalenergiecentrale ARN. Er zijn vele kilometers snelfietsroutes aangelegd en de Nijmeegse bussen zijn de groenste van Nederland. Ook op het gebied van luchtkwaliteit behoort Nijmegen volgens Milieudefensie tot de één van de schoonste plekken van het land. Mede dankzij al deze ontwikkelingen is Nijmegen dit jaar voor de derde keer genomineerd voor de Europese Green Capital Award, een prijs voor de meest duurzame stad van Europa. De stad blijft bezig met duurzame maatregelen, want de ambitie is om zo snel mogelijk een klimaatneutrale stad te zijn.
.jpg)
Met de ondertekening van deze intentieovereenkomst wordt onder meer onderzoek gepromoot in samenwerking met burgers, de Radboud universiteit, het RIVM en ECN. Gekeken wordt naar het lokaal meten van luchtkwaliteit met kleine sensoren, hoe om te gaan met de data, het testen van een houtstook-app. Ook wordt onderzocht hoe bij de ontwikkeling van de binnenhaven het thema gezondheid in de planfase al een plaats kan krijgen. Verdere samenwerking wordt opgezet met Arnhem en de Duitse steden Dusseldorf en Duisburg om de bijdrage van binnenvaart aan de luchtkwaliteit in steden in kaart te brengen. De EU-fondsen zoals EFRO en Life zijn daarbij een mogelijk bron van financiëring.
Download hier de volledige intentieovereenkomst.